‘Het is te leuk om te stoppen’
Vrijwilliger Arpine over werken in de Dorcas-winkel
‘In 2010 kwam ik voor het eerst in Nederland. Samen met mijn gezin was ik gevlucht uit Armenië. Mijn kinderen waren toen 2 en 8 jaar oud. Onze asielprocedure heeft jarenlang geduurd. Het was een zware tijd. We woonden in asielzoekerscentra en ‘kindvriendelijke’ gevangenissen door het hele land. Maar hoe kindvriendelijk het ook is, je zit altijd opgesloten. In alle algemene ruimtes zijn er camera’s op je gericht en er kan op elk moment iemand binnenkomen.
Na ruim 1,5 jaar werd mijn man plotseling opgepakt. We wisten niet waarom. Ze zeiden dat hij binnen een paar dagen zou terugkomen, maar die paar dagen werden uiteindelijk 6 maanden. Mijn kinderen konden in die tijd amper eten en slapen. Heel vaak begrepen we niet (volledig) wat er gebeurde en waarom. We spraken geen Nederlands. We wilden de taal heel graag leren en we wilden ook werken, maar dat mocht allemaal niet omdat we teruggestuurd zouden worden. Toen mijn man eindelijk vrijgelaten werd, kreeg hij last van angsten. Hij durfde zelfs niet meer naar buiten, uit angst dat hij weer opgepakt zou worden!
Zoektocht naar werk
Na jarenlange onzekerheid ontvingen wij dan eindelijk een verblijfsvergunning. Toen kregen wij ook een woning en een uitkering. Dat was echt niet normaal voor ons. We vonden het ook niet comfortabel om afhankelijk te zijn. Wij willen werken voor ons geld. We gingen dus direct op zoek naar een baan. Maar zonder ervaring was het moeilijk om werk te vinden. Daarom zijn we vrijwilligerswerk gaan doen bij 2 kringloopwinkels, en een van die winkels was Dorcas Winkel Katwijk.
Dorcas Winkel Katwijk
Inmiddels hebben mijn man en ik allebei een baan gevonden. Helaas hadden we toen niet veel tijd meer voor vrijwilligerswerk. Bij die andere kringloopwinkel zijn we daarom gestopt. Bij Dorcas blijven we op de zaterdag. Daar is het te leuk om te stoppen. We zijn op onze plek tussen deze mensen. Mijn man kan zijn ei helemaal kwijt bij de elektrabalie. Sinds hij weer dingen om handen heeft gaat het mentaal beter met hem. Hier in de winkel is hij helemaal tot bloei gekomen.
In de Dorcas-winkel doen we veel meer dan alleen spullen verkopen. We geven ook advies en we bieden een luisterend oor aan de klanten. Mijn dochter, die nu in de tweede klas van de middelbare school zit, zei laatst: ‘Mama, je bent geworden wie je bent door alles wat je hebt meegemaakt.’
Thuis in Nederland
De andere vrijwilligers in de Dorcas-winkel houden ook rekening met onze mening. Laatst zei ik: ‘Deze schoenen zijn te goedkoop geprijsd. Ze staan voor 3,50 euro te koop, maar we kunnen er makkelijk 12,50 euro voor vragen.’ Ze hebben toen direct de prijs aangepast en binnen een half uur waren de schoenen verkocht. Dankzij dit soort ervaringen hebben wij vanaf de eerste dag gemerkt dat de mensen in Nederland ons vertrouwen.
In Nederland zie ik dat iedereen kan meedoen en dat iedereen waardevol is. Ik zie gehandicapte mensen die van hun leven houden. In Armenië hebben mensen geen zin meer om te leven als ze ziek of oud zijn. Ik ken een Nederlander van 91 jaar oud die nog de kracht heeft om te leren computeren. In Armenië denken ouderen er niet aan om nog iets te leren of te genieten van hun leven. Maar zo’n toekomstbeeld heb ik voor mezelf niet. Ik ben nu vrij en ik geniet van het leven. Zie je wel, ik ben inmiddels al een échte Nederlandse!’
Afgelopen zomer kreeg Arpine in de winkel bezoek van Paul Bekkers. Hij is speciaal gezant op het gebied van geestelijke gezondheid en psychosociale ondersteuning bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Bekijk hier hun ontmoeting.
13 december 2021
Vond je dit interessant om te lezen?
Meld je dan aan voor onze maandelijkse nieuwsbrief en het magazine Hartslag.