Psychosociale hulp voor Oekraïense vluchtelingen
Download hier het hele overzicht van onze noodhulp in Oekraïne
Het einde van de oorlog is nog niet in zicht. Veel vluchtelingen blijven daarom voor langere tijd in een opvanglocatie, zowel in Oekraïne als in Moldavië en Roemenië. Dat heeft uiteraard gevolgen voor de hulp die nodig is. Dorcas zet de komende tijd in op hulp voor langere tijd, waarbij vooral aandacht is voor het psychosociale welzijn en de mentale gezondheid.
Doordat de vluchtelingen langer blijven, verandert het werk onder vluchtelingen. Er wordt nog steeds gezorgd voor voedsel, kleding, hygiënemiddelen en andere basisvoorzieningen, maar daarnaast is er meer aandacht voor psychosociale activiteiten. In Roemenië en Moldavië wordt bovendien aandacht besteed aan taalles voor Oekraïense kinderen, zodat zij ook naar school kunnen.
Geen uitweg meer zien
Veel Oekraïners kampen met de psychologische gevolgen van de oorlog. ‘Miljoenen mensen zijn inmiddels van hun huis weggevlucht en zij lopen tegen een heel scala van mentale problemen aan’, vertelt Heleen Berends, noodhulpcoördinator bij Dorcas.
‘Het valt ons vooral op dat tieners en jongvolwassenen het zwaar hebben; in het bijzonder degenen die uit conflictgebieden zijn gevlucht. Zij missen een doel in hun leven, zitten zonder school of werk, en ervaren veel onzekerheid over hun toekomst en de ontwikkeling van dit conflict. Daarbovenop hebben zij schokkende gebeurtenissen meegemaakt en zijn ze dierbare mensen verloren. We horen hoe sommigen geen uitweg meer zien, en soms zelfs een poging tot zelfdoding doen.’
Psychosociaal welzijn
Dorcas biedt in Oekraïne, Moldavië en Roemenië groepssessies aan waarin mensen hun ervaringen met elkaar delen. Zo voelen ze zich minder alleen en kunnen ze elkaar steunen. Daarnaast biedt Dorcas individuele therapie en creatieve sport- en spelopdrachten. In Oekraïne werkt Dorcas samen met de lokale partners Nehemia en New Beginnings.
04 oktober 2022
Vond je dit interessant om te lezen?
Meld je dan aan voor onze maandelijkse nieuwsbrief en het magazine Hartslag.