Noodhulpcoördinator Heleen: ‘Elke voedseldistributie is een overwinning’

Noodhulpcoördinator Heleen vertrok al snel na het uitbreken van de oorlog naar Oekraïne. Ze helpt onze lokale collega’s bij het opzetten van noodhulp, waaronder een noodhulpprogramma via de Dutch Relief Alliance. Nu, 2 maanden later, blikt ze terug.

Hoe denk je terug aan die eerste weken?

‘Het was erg intensief. We moesten in de afgelopen maanden veel opzetten om hulp te bieden in Oekraïne. Dat vraagt veel van iedereen en alles, en met name van de Dorcas-medewerkers die uit het oosten van het land komen. Hun realiteit is ingewikkeld. Zij helpen vluchtelingen, maar zitten zelf ook in een opvanglocatie zonder thuis, vrienden, familie of privacy. De oorlog heeft enorm veel impact op hen. Tegelijkertijd werd er vanuit Dorcas natuurlijk direct een beroep op hen gedaan. Ze zijn gemotiveerd om iets te kunnen betekenen, maar hun eigen leven staat op z’n kop met alle rouw, zorgen en trauma’s van dien.’

En hoe vond jij het zelf om daar te zijn?

‘Het is niet de eerste keer dat ik in een crisisgebied woon en werk. Tijdens de IS-hoogtijdagen woonde ik 4 jaar in het Midden-Oosten. Een oorlog blijft onbeschrijfbaar heftig, maar nu herken ik situaties en ik weet uit ervaring wat noodhulporganisaties kunnen betekenen in zo’n situatie. Het geeft ook een kick om te zien wat we in korte tijd voor elkaar hebben gekregen. We zijn op de plekken waar hulp écht nodig is. Een voorbeeld is dat we in Oost-Oekraïne elke 10 dagen een voedselpakket en drinkwater bij mensen brengen die middenin het gevechtsgebied wonen. Dat is extreem waardevol, want deze mensen zouden anders letterlijk geen eten of drinken hebben gehad. Niets weegt op tegen het belang daarvan, maar dat neemt niet weg dat het heel heftig en intens is.’

‘Veel organisaties zeggen dat ze in het bijzonder oog hebben voor kwetsbare mensen. Dorcas gaat daarin veel verder. Dorcas is écht uniek.’

Hoe staat het nu met de noodhulp?

‘We staan op een soort kantelpunt. In eerste instantie gaat noodhulp om zo snel mogelijk zo veel mogelijk mensen helpen. Iedereen, vooral de vluchtelingen en mensen in het conflict gebied, krijgt hulp. Tegelijkertijd vinden we het belangrijk om ons vooral op de meest kwetsbaren te focussen. Daarom onderzoeken we nu welke specifieke noden er zijn per (kwetsbare) doelgroep, en hoe we daarin kunnen voorzien. Om ouderen als voorbeeld te nemen: aan onze  hygiënepakketten voegen we incontinentiemateriaal toe voor mensen die dat nodig hebben. Zo maken we allerlei vormen van hulp meer op maat.’

Om welke doelgroepen gaat het dan bijvoorbeeld?

‘We zijn er vooral voor kwetsbare mensen die om wat voor reden dan ook over het hoofd gezien worden. Denk aan ouderen die vanwege een beperking niet kunnen vluchten, en misschien zelfs niet eens bij een hulplocatie in hun eigen dorp kunnen komen. Deze mensen zitten thuis, vaak alleen, en hebben niemand die hen helpt. Als organisatie is het lastig om hen in beeld te krijgen. Eigenlijk komt het hier op neer: als je deze mensen wilt helpen, moet je zelf proactief naar hen op zoek. Dat kost tijd en is niet makkelijk. Het helpt enorm dat Dorcas hen al in beeld had vóór de oorlog. We weten al waar deze ouderen wonen, dus we gaan bij hen langs en we zorgen dat we contact houden. Dat is écht uniek, hoor. Hierin zie je echt de toegevoegde waarde die Dorcas heeft in de hulpverlening in deze crisis.’

En hoe kijk je naar de komende periode?

‘Het is lastig om daar iets over te zeggen. De situatie is veranderlijk. In het oosten van het land lijkt oorlog alleen maar heftiger worden, omdat Rusland heeft besloten om zich daarop te focussen. Zodra het gebied officieel bezet is door Rusland, zullen we sommige mensen hier niet meer bereiken. Dat is verschrikkelijk. We hopen dat zo veel mogelijk mensen weg willen én kunnen vluchten voordat het zo ver is. Ook op dit moment is de situatie trouwens al instabiel. Dat wil zeggen: niets is vanzelfsprekend. We hebben nooit de zekerheid dat iets gaat lukken. Voor elke voedseldistributie op de frontlinie moeten we bijvoorbeeld toegang krijgen tot het gebied. Tot nu toe lukt dit regelmatig, maar het is nooit gegarandeerd. Elke voedseldistributie die lukt voelt daarom als een overwinning.’

19 april 2022

Vond je dit interessant om te lezen?

Meld je dan aan voor onze maandelijkse nieuwsbrief en het magazine Hartslag.