Noodhulpcoördinator Gerard deelt een Bijbelse boodschap

‘Want ik had honger en jullie gaven mij te eten…’ U hebt deze woorden vast wel eens gehoord of gelezen. Ze staan in Mattheüs 25:35-36, en zijn onderdeel van een opsomming: zorg voor de mensen die honger of dorst hebben, zorg voor vreemdelingen en voor hen die naakt, ziek of gevangen zijn. Deze zes daden horen volgens Jezus bij rechtvaardige mensen.

Door: Gerard van de Pol, noodhulpcoördinator Midden-Oosten

Al 15 jaar bezoek ik landen waar de mensen honger en dorst hebben. Het is in deze landen, bij de meest kwetsbare mensen in de grootste nood, dat de mensen hun maaltijd met elkaar delen. Het lijkt voor deze mensen zo’n kleine moeite, maar elke keer opnieuw word ik erdoor geraakt.

Wij Nederlanders vinden het gezellig als er af en toe vrienden mee-eten. Maar… om onze dagelijkse maaltijd met een ander te delen, dat is in onze cultuur iets te veel gevraagd. Ook het afstaan van mijn warme winterjas klinkt niet aantrekkelijk in dit koude kikkerlandje. En is uw agenda ook zo vol dat een bezoekje aan het ziekenhuis (laat staan gevangenis) er al snel niet meer bij past?

Het samen delen van een maaltijd is een eeuwenoude manier om uit te drukken dat je iets gemeenschappelijks hebt: een vriendschap, een reden om iets te vieren, zelfs een verbond met God. Omdat u via Dorcas betrokken bent bij mensen in nood, wil ik u bij deze uitnodigen om uw maaltijd met hen te delen – niet aan de keukentafel, maar via Dorcas.

Deze vraag stel ik niet zomaar. Er is namelijk iets aan de hand wat te heftig is om te kunnen bevatten. U hebt vast gehoord van de miljoenen mensen die het slachtoffer zijn van een verschrikkelijke hongersnood in Jemen. U leest er meer over op pagina 10 en 11. Sinds begin 2019 hebben we een ingang gevonden om de mensen daar aan eten te helpen. Dat dit lukt ervaren we als een grote zegen, want het meeste voedsel bereikt de mensen niet.

We zetten komende maanden alles op alles om zoveel mogelijk hulp levens te redden in Jemen. Simpelweg door de mensen te voorzien van voedsel. Laten we hopen en bidden dat dit voor ons net zo’n moeite zal zijn als voor degenen die mij de afgelopen jaren ontvingen.

31 januari 2019