Volg onze collega Igor
Igor is onze collega. Hij komt uit het oosten van Oekraïne. Tijdens de eerste maand van de oorlog deelde hij dagelijks wat hij meemaakte en hoe het met hem ging.
Update Igor - oktober 2022
Igor is onze collega. Hij komt uit het oosten van Oekraïne en is gevlucht naar Transkarpatië in het westen. Tijdens de eerste maand van de oorlog deelde hij dagelijks wat hij meemaakte en hoe het met hem ging. Nu, een half jaar later, blikken we met hem terug.
Waar woon je nu en hoe is het met je familie?
Ik woon nu in het dorp Dobron. Dit is in het westen van Oekraïne, waar ook het Dorcas-kantoor is gevestigd. Mijn moeder is ook gevlucht uit haar dorp, maar verblijft nog wel in het oosten, in de stad Zaporizhzhia. Ze woont in het appartement dat ik huurde voordat de oorlog begon. Op deze manier kan ik toch voor mijn moeder zorgen. Een ‘thuisgevoel’ heb ik hier wel weer enigszins gekregen.
Hoe is je leven veranderd?
Het is totaal veranderd. Er zijn zoveel mensen met wie ik omging verhuisd of zelfs naar een ander land gegaan. Dat zorgt ervoor dat mijn oude vertrouwde leven weg is en ik alles opnieuw op moet bouwen. Met alle onzekerheid die er nu nog is. Mijn leven is verder beperkt tot de plek waar ik woon. En al mijn doelen en plannen zijn gewijzigd. Ik was altijd bezig met ontwikkelingsprojecten, maar nu richt ik me voornamelijk op hulpprojecten. In de afgelopen periode heb ik geleerd om geen grote plannen meer te maken. Dat voelt sinds de oorlog als nutteloos. Elke activiteit die wél door kan gaan voelt als een opluchting en geeft mij veel vreugde.
Waar bestaat jouw werk momenteel uit?
Ik probeer 2 functies in één te doen. Aan de ene kant ben ik verantwoordelijk om in deze moeilijke tijd van oorlog de ouderen niet te vergeten. Ik bekijk welke mogelijkheden er zijn om hen effectief te ondersteunen. Aan de andere kant moet ik ervoor zorgen dat alle processen goed worden opgezet en georganiseerd. Het doel hiervan is dat mensen die extreem kwetsbaar zijn, omdat ze letterlijk alles zijn kwijtgeraakt, hulp en ondersteuning kunnen krijgen.
Hoe is het om zowel hulpverlener als slachtoffer van de oorlog te zijn?
Ik zie mezelf niet als een oorlogsslachtoffer. Dorcas was en is nog steeds een zeer ondersteunende organisatie in mijn leven die ons juist nu helpt. Ik probeer me te focussen op de plek waar ik het meest nuttig ben. Ik kan dankzij de hulp van Dorcas van toegevoegde waarde zijn. Er zijn miljoenen mensen die zoveel meer hulp nodig hebben en wanhopig zijn. Ik kan vanuit mijn nieuwe werkplek in Zaporizhia nog steeds iets bijdragen aan de ander in nood en bovendien ook mijn moeder ondersteunen. Dat maakt mij juist dankbaar. Er is ondanks de oorlog nog veel wat wel kan.
Hoe zie je de toekomst?
Het is echt onmogelijk om de toekomst te overzien, laat staan iets te plannen. Het laatste nieuws over de bevrijding van de regio Charkov geeft me hoop dat mijn geboortestad ook zal worden bevrijd. Ik wil erg graag weer terug, al zullen we wel vanaf het nulpunt moeten beginnen met de wederopbouw. Als ik iets van deze oorlog heb geleerd, dan is het wel dat ik de toekomst niet kan voorspellen en er zeker niet van uit kan gaan dat alles goed zo maar komt.
Je kreeg tijdens de noodhulpcampagne allerlei steunbetuigingen uit Nederland. Wat betekende dat voor jou?
Het heeft me echt letterlijk op de been gehouden! Vooral toen ik besloot te evacueren en ik het gevoel had dat ik van alles en iedereen verlaten was, gaf het zoveel steun. Ik ben daar zo dankbaar voor. Als ik ’s nachts niet kon slapen, gaven de gebeden en bemoedigingen me erg veel troost.
24 maart
'Het is vandaag 1 maand geleden dat de oorlog uitbrak. Het voelt als een jaar.'
22 maart
'Het schijnt dat de mannelijke medewerkers van organisaties die 'essentiële diensten' verlenen vrijgesteld kunnen worden van dienstplicht. We moeten een aanvraag indienen en officiële goedkeuring krijgen. We kennen alleen nog geen enkele andere organisatie die dit proces succesvol heeft doorlopen, daarom hebben we besloten om te wachten. We gaan het verzoek pas indienen op het moment dat we meer zekerheid hebben dat het gaat lukken. Ik ben nog steeds bezorgd dat ik ineens opgeroepen kan worden, maar dit gevoel verdwijnt gelukkig vaak naar de achtergrond.'
21 maart
'Zou ik naar een ander land gaan als ik de kans kreeg? Voor nu: nee. Voor de toekomst hangt het er voor mij van af hoe het verdergaat met mijn land. Als we verliezen en er komt een Russische regering, dan ga ik liever weg. Ik kan me op dit moment nog niet voorstellen dat mijn toekomst in een ander land ligt. Het liefst wil ik hier blijven om het land weer op te bouwen, en vanwege mijn moeder. Ik weet dat Rusland het internationale hulporganisaties erg moeilijk maakt, dus als zij de touwtjes in handen hebben is er niets wat ik kan doen... Maar daar wil ik nu nog niet aan denken. Ik heb nog steeds hoop dat de oorlog eindigt, en dat we spoedig ons land kunnen wederopbouwen. Het is bemoedigend om te zien hoeveel organisaties in actie komen voor Oekraïne, en hoeveel middelen daarvoor beschikbaar zijn gekomen.'
20 maart
'Het hoogtepunt van afgelopen week was dat de voedseldistributies eindelijk goed op gang zijn gekomen. Het was prettig om fysiek bezig te zijn.'
19 maart
'Ik had een voedseldistributie naar het dorp van mijn moeder geregeld vanuit Zaporizja (Oost-Oekraïne), maar de vrijwilligers konden dat gebied niet in omdat er zo heftig gevochten werd. Ze hebben de bus op de weg laten staan, en zijn toen teruggegaan. Ik kan alleen maar hopen dat de bewoners het busje en het eten vinden.'
18 maart
'Mijn vrienden zitten op dit moment overal en nergens. Slechts sommige zijn in Zaporizja gebleven. Elke dag check ik vele malen het nieuws om te kijken wat daar gebeurt. Tot nu toe zijn de winkels nog open en gevuld, en er is zelfs nog openbaar vervoer.'
18 maart
'Vandaag is er eindelijk weer een stabiele internetverbinding in Oost-Oekraïne! Dat is supergoed nieuws, want nu kan ik eindelijk wat meer contacten leggen. Sinds 1 maart heb ik bijvoorbeeld nog maar 2 keer contact met mijn moeder gehad. Mijn moeder probeerde me vaak te bellen, maar dat lukte vrijwel nooit. Als het wél lukte, duurden die gesprekken maximaal 5 seconden en kon ze alleen zeggen dat ze nog leefde. Haar dorpje is bezet door Russische troepen. Het was echt fijn om haar weer te spreken. Ze heeft nog wel iets aan voorraad, maar ze kan zeker meer gebruiken. Ze zegt dat de lokale winkels geen nieuwe producten binnenkrijgen. Vanwege alle gevechten en checkpoints kunnen de leveranciers het gebied niet meer bereiken.'
17 maart
'Vandaag heb ik een training georganiseerd over het verlenen van psychosociale hulp bij trauma's, speciaal voor partnerorganisaties die wij nu inhuren om deze vorm van hulp te bieden. De training vindt morgen plaats. Dit soort bezigheden doe ik normaal gesproken ook, waardoor ik het gevoel kreeg alsof ik weer wat meer grip had op de situatie. Heel even vergat ik dat ik in een land woon dat meer en meer lijdt onder oorlog.'
16 maart
'Het luchtalarm gaat steeds vaker af in West-Oekraïne. De plek waar wij wonen is te ver weg om het te kunnen horen, maar het brengt wel spanningen met zich mee. Gaan de Russen hier binnenkort ook bombarderen? Dat zou een ramp zijn.'
15 maart
'We hebben vandaag een vrachtwagen vol met materialen uitgedeeld in West-Oekraïne. We waren er ongeveer een halve dag mee bezig. Mensen zijn blij met het voedsel en de materialen, het was hard nodig. Het is ook fijn voor onszelf om iets om handen te hebben, fysiek bezig te zijn.'
15 maart
'We zijn naar een andere locatie verhuisd. Ferenc (onze landendirecteur) heeft dit voor ons geregeld. We hebben nu 1 kamer per 2-3 personen. Dat geeft veel meer rust, want op de vorige plek was het onrustig en chaotisch. En we hadden er te weinig privacy.'
10 maart
'We proberen al het nieuws zo goed mogelijk te volgen. We blijven vaak tot laat op.'
8 maart
'Vandaag was een dag vol met plannen en afspraken over het inpakken en uitdelen van de voedselpakketten voor Oost-Oekraïne. Deze pakketten worden uitgedeeld aan de granny's die zijn achtergebleven in Zaporizja.'
6 maart
'Vandaag was het rustiger dan andere dagen. Ik ben zelfs een beetje tot rust gekomen. We hebben zelfs een dienst georganiseerd in de kantine van het gebouw waar ik samen met vele anderen verblijf. Dat was fijn.'
5 maart
'Vandaag was het zover! De eerste voedselpakketten zijn samengesteld voor projectdeelnemers in Oost-Oekraïne. Ik ontving vanochtend het volgende filmpje, mijn hart maakte een sprongetje toen ik de vrijwilligers in actie zag.'
5 maart
'Vandaag was het zover! De eerste voedselpakketten zijn samengesteld voor projectdeelnemers in Oost-Oekraïne. Ik ontving vanochtend het volgende filmpje, mijn hart maakte een sprongetje toen ik de vrijwilligers in actie zag.'
4 maart
'Elke avond houden we een gebedsbijeenkomst. We verzamelen ons op de eerste verdieping, zingen een paar liederen, lezen uit de Bijbel, bidden, praten en reflecteren op de dag.'
3 maart
'Het is een komen en gaan van mensen in ons gastenverblijf. Veel vrouwen en kinderen stappen na 2 of 3 dagen op de bus richting de grens, en proberen dan het land uit te komen. Het is moeilijk te accepteren dat je een 'vluchteling' bent, maar toch is dat beter dan blijven.'
2 maart
'Ik probeer te regelen dat geld van onze projecten (die nu stilliggen) ingezet kan worden om mensen in Zaporizja (Oost-Oekraïne) van eten te voorzien. Een aantal collega's van partnerorganisaties zitten daar nog. Zij zijn bereid om iets te organiseren. Maar verder zijn er weinig mogelijkheden om hulp te bieden in Oost-Oekraïne. Ik ben uit die gevaarlijke situatie gevlucht, maar veel mensen die ik ken zitten daar nog. Ik maak me veel zorgen om hen.'
1 maart
'Mijn Dorcas-collega's hadden een plekje voor mij vrijgehouden in de opvanglocatie waar we nu met z'n allen verblijven. De familie met wie ik ben gekomen heeft helaas nog geen onderdak, dus ik houd me op dit moment vooral bezig met proberen iets voor hen te regelen. Hoe ik verder de dag doorkom? Ik probeer zo veel mogelijk informatie te vinden over wat er gaande is, en ik probeer contact te krijgen met mensen op andere plekken. Het is super confronterend om het nieuws te zien, toch doet iedereen het constant. Het lukt me ook niet altijd om contact te krijgen met de mensen in het oosten. Om geen informatie te hebben, is mentaal heel zwaar.'
28 februari
'De laatste keer dat ik hier was, was vóór de pandemie in 2019. Behalve onze gepensioneerde veiligheidsmedewerker zijn alle 7 Oost-Oekraïense collega's nu hier. Met ieders familie meegerekend zijn we met 35 tot 40 mensen. We verblijven in een gebouw dat Nehemia heet. Dit was voorheen een christelijk buurthuis met kinderopvang, een bibliotheek, naschoolse activiteiten en een paar gastenkamers. Toen de oorlog uitbrak is de eigenaar direct naar een winkel gegaan en daar heeft ze zo veel mogelijk matrassen gekocht. Ze wist meteen dat veel Oekraïners uit andere delen van het land naar deze regio zouden vluchten, en maakte haar gebouw gereed om mensen op te vangen. Het zat binnen de kortste keren vol, ook al breiden ze nog steeds het aantal slaapplekken uit. Ze hebben ook een grote keuken, waardoor ze al deze mensen kunnen voorzien van 3 maaltijden per dag. Ik ben dankbaar om hier te zijn. Het is ook goed om iedereen weer te zien.'
28 februari
'Ik ben vannacht aangekomen in Oezjhorod. Daar zijn ook de andere Dorcas-collega's. We hebben 36 uur non-stop gereden en heel veel uren in de file gestaan. Onze navigatie leidde ons over een weg die gebombardeerd was. We zagen militaire voertuigen die waren geraakt. Gelukkig was het rustig toen wij daar reden.'
27 februari
'Ik houd dit dagboek nog maar 4 dagen bij. Mijn ervaring van 4 dagen oorlog, met zowel verstoppen in mijn stad als vluchten van het ene deel van het land naar het andere deel van het land. Gedurende deze dagen heb ik slechts 1 foto gemaakt. Een selfie van toen ik in bad lag.
Op internet vind je veel verhalen die nog heftiger zijn dan dat van mij. Mensen van wie hun huizen zijn vernietigd, mensen die 3 dagen lang ondergronds verblijven. En natuurlijk nog de mensen die gewond zijn geraakt of een geliefde zijn verloren. Miljoenen mensen hebben trauma's. Als ik daaraan denk, dan vind ik mijn verhaal niet eens zo spannend. Ik hoop dat jullie mijn verhaal niet lezen als iets wat op zichzelf staat, maar als een onderdeel van een veel groter verhaal.
In ieder geval bedankt voor de vele bemoedigingen. Het is fijn om te weten dat er mensen in gebed betrokken zijn, en het helpt ook om mijn gedachten af te leiden.'
27 februari
'Ik heb veel contact met andere mensen. Mensen op de vlucht, Dorcas-collega's, de mensen thuis. Het is verdrietig dat ik van niemand afscheid heb kunnen nemen. Elke keer als ik aan mijn stad Zaporizja denk, en aan mijn vrienden en familie die daar nog zijn, dan voel ik me alsof ik hen in de steek heb gelaten. Maar ik zag vanochtend op het nieuws dat de eerste bommen daar nu ook gevallen zijn, dus het was een gerechtvaardigde beslissing om te gaan. Maar toch. Mijn gedachten blijven in cirkels ronddraaien. Het is goed om af en toe wat afleiding te hebben. Gelukkig gaat het goed met mijn moeder.'
27 februari
'We kwamen net bij een tankstation en het leek alsof er een overval was gepleegd. Er was bijna niets meer over qua (etens)waren en ook hadden ze geen brandstof meer. Ook alle winkels, cafés in de buurt waren gesloten. Het duurde een hele tijd voordat we een winkel vonden die open was.'
27 februari
'We hebben besloten om ook 's nachts door te rijden. We wisselen elkaar af. Als de ene persoon rijdt, dan slaapt de rest. Tijdens de rit zijn we getuige van een land dat zich op oorlog voorbereidt. We zien hoe mensen verkeersborden verwisselen om de Russen te verwarren. Er worden blokkades op de wegen gelegd, zodat grote tanks er niet langs kunnen. Ook zien we op steeds meer plekken checkpoints.
Op dit moment staan we in een gigantische file voor de stad Chmelnytsky. Daar is een checkpoint dat een heel grondige controle doet. De file begon om 12 uur 's nachts en het is inmiddels iets voor 8 in de ochtend. We zijn nu bijna aan de beurt. Chmelnytsky ligt op de route naar Lviv. Lviv is dé verzamelplek voor vluchtelingen die naar Polen willen. Zelf overweeg ik om naar Oezjhorod te gaan, maar ik weet het nog niet zeker.'
26 februari
'Vanmiddag heb ik zo snel mogelijk mijn spullen gepakt, en ben vertrokken. Ik kon een deal sluiten met een familie die ik via-via ken. Zij hebben een auto, ik heb contant geld. Zo kunnen we elkaar helpen. Op veel plekken accepteren ze alleen nog cashgeld. Ik kon maar 2 tassen meenemen, dus ik moest heel kieskeurig zijn in wat er mee kon.
We zijn nu onderweg. We proberen bij elk tankstation de tank zo vol mogelijk te gooien, want we weten nooit of het op een later moment nog steeds mogelijk is om te tanken. Het is ook elke keer spannend of onze bankpas nog geaccepteerd wordt bij het betalen, maar tot nu toe gaat het goed.'
26 februari
'Ik voel me erg onveilig, aangezien de lokale media zeggen dat de regio waar ik woon de hoogste prioriteit heeft voor de Russen. Ik vind het moeilijk om definitief te beslissen dat ik ga vluchten, want het is extreem pijnlijk om de mensen hier achter te laten. Mijn moeder, maar ook de projectdeelnemers met wie ik al jaren werk. Het voelt alsof ik hen in de steek laat. Ik hoop dat ik ooit terug kan keren.'
26 februari
'Ik denk steeds vaker: was ik maar gevlucht toen ik de kans had. Ik overweeg om alsnog te vertrekken. Ik ben in mijn netwerk aan het rondvragen of anderen vluchtplannen aan het maken zijn, misschien kan ik bij iemand aanhaken. Ik realiseer me dat ik laat ben, en dat de kans van slagen hierdoor kleiner is. Het hele land staat vol files, dus het zal hoe dan ook een lange en spannende reis worden.'
26 februari
'Ik wilde zo-even langs het Dorcas-kantoor gaan om mijn laptop op te halen, en een EHBO-koffer. Net toen ik naar buiten stapte ging het luchtalarm af. Dus het is niet gelukt helaas.'
26 februari
'Afgelopen nacht heb ik in mijn badkamer geslapen. Het advies van onze lokale overheid is om 's nachts in kelders te verblijven, maar dat lukt dus niet in ons flatgebouw. In onze huizen is de veiligste plek het bad. Dus dat is waar mijn buren en ik de nacht doorbrengen...'
25 februari
'Het luchtalarm ging net voor de eerste keer af. Ik schrok me wezenloos. Ik rende direct naar de kelder van onze flat. Dat was een grote flop. De ruimte is totaal niet geschikt voor dit soort doeleinden, er was niets voorbereid én we passen er niet eens allemaal in. Ik woon in een flat met 15 verdiepingen, zie je het al voor je? Er bleven berichten komen dat we in onze schuilplaatsen moesten blijven, maar dat was niet vol te houden. We hoorden nergens het geluid van bommen, dus langzaam maar zeker besloten steeds meer mensen om terug naar huis te gaan. Ik ging ook terug, maar zonder me nog veilig te kunnen voelen. Ik durf nu niet meer in de woonkamer of keuken te zijn. Het grootste deel van de tijd zit ik in de badkamer, dan heb ik in ieder geval nog 2 extra muren om me heen.'
25 februari
'Er is bekend gemaakt dat mannen het land niet meer mogen verlaten, omdat we beschikbaar moeten zijn voor het leger. Hierdoor durf ik niet meer naar buiten, uit angst dat ze me rekruteren. Gelukkig heb ik genoeg eten en drinken ingeslagen. Ik kan het zeker een paar weken uithouden met mijn voorraad.’
25 februari
'Wat een dag... Steeds meer nieuwsberichten met donkere voorspellingen, steeds meer vrienden en collega's die vertrekken, steeds meer tekenen van oorlog. Ineens zag ik militaire voertuigen door de straat rijden (geen tanks, maar raketdragers). Het idee dat dit soort wapens in mijn stad worden ingezet... Het breekt mijn hart.'
25 februari
'Vannacht heb ik geen oog dichtgedaan. Ik durfde niet te slapen, omdat ik bang was dat ik het luchtalarm zou missen. Pas toen het al bijna ochtend was, was ik zo uitgeput dat ik alsnog in slaap viel. Toen ik wakker werd besloot ik dat ik bezig moet blijven, anders word ik gek. Ik begon wat klusjes te doen die nog moesten gebeuren in huis. Afleiding is belangrijk.'
25 februari
'Een foto van de bombardementen in Kiev. Hier kun je duidelijk zien hoe heftig er gevochten wordt.'
24 februari
'Ik werd vanmiddag gebeld door een goede vriend. Hij herinnert me aan zijn verjaardag, die hij vanavond zou vieren. Wil je je verjaardag wel vieren in deze situatie?, vraag ik hem. Misschien is het mijn laatste kans om het leven te vieren, antwoordt hij. Dat komt binnen, vooral omdat deze vriend in onze stad is komen wonen nadat hij uit Donetsk is gevlucht in 2015. Hij weet wat oorlog is, en hoe kwetsbaar het leven is. Ik besloot om naar zijn feest te gaan. Ik heb toch niets beters te doen, en misschien is het goed om wat gezelschap te hebben. Het was natuurlijk te verwachten, maar uiteindelijk kwamen er nauwelijks mensen opdagen, en hebben we alleen maar over de oorlog gepraat. Halverwege de avond horen we dat er een avondklok is ingesteld, dus eindigt het 'feest' abrupt en sjokken we bedrukt naar huis.'
24 februari
'Ik voel me zo overweldigd dat ik de situatie niet meer overzie. Ik weet niet meer wat ik moet doen. Ik lees mijn werkmail en ik zie dat mijn Nederlandse collega's overleggen annuleren en hun medeleven betuigen. Het nieuws is dus ook al internationaal doorgedrongen... Ik mag alles uit mijn handen laten vallen, maar hoe moet dat dan met onze projecten voor de mensen die onze hulp zo hard nodig hebben?'
24 februari
'Ik bel mijn moeder en vertel haar het schokkende nieuws. Ze vraagt me of ik ga vluchten, maar ik realiseer me dat ik dat helemaal niet wil. Mijn moeder woont in een klein dorpje verderop en heeft zorg nodig. Ik wil haar niet achterlaten. Gelukkig is het dorp van mijn moeder klein en onbelangrijk voor de Russen. Daardoor worden zij tot nu toe met rust gelaten. Ook in mijn eigen stad wordt er nog niet gevochten, maar dat is een kwestie van tijd. Ik adviseer mijn moeder om zo veel mogelijk eten en drinken in te slaan, en ik besluit om dit advies zelf ook op te volgen. Als ik even later bij de bakker sta, zie ik daar al de eerste tekenen van schaarste al. Hierdoor krijg ik zelf ook de neiging om te hamsteren, maar ik beheers me. Ook in de supermarkt zijn veel etenswaren al uitverkocht, zoals pasta, rijst, haver, pap. Ik probeer zo veel mogelijk voedsel te kopen dat ik kan eten zonder het te hoeven bereiden, want via het nieuws heb ik begrepen dat we niets meer als vanzelfsprekend moeten zien: water, elektriciteit, internet, telefoonnetwerk, het kan zomaar weg zijn. Terwijl ik afreken verwonder ik me over de kassière. Hoe zou zij deze dagen ervaren? Ze ziet er kalm en professioneel uit. Met een tas vol blikjes keer ik terug naar huis.'
24 februari
'Ik volg het nieuws en denk na over wat ik moet doen. Ik hoor dat alle collega's nog in leven zijn, sommige zijn op de vlucht en andere zijn hier nog. Als ik naar buiten kijk lijkt iedereen gewoon zijn gang te gaan. Op het eerste gezicht lijkt er niets veranderd te zijn. Maar als ik het nieuws check zie ik dat het waar is. Ook al mijn groepchats stromen over. Ondanks al mijn twijfel over wat ik moet doen, krijg ik één overheersende gedachte: het is niet mogelijk om hieraan te ontsnappen. Rusland komt van alle kanten ons land binnen. Het heeft geen zin om te vluchten.'
24 februari
'Mijn collega Andriy belt me wakker. Hij brengt me op de hoogte van raketaanvallen in meerdere steden van het land. Hij vraagt me of ik Zaporizja wil verlaten, maar de vraag komt niet binnen bij me. Ik zeg nee, maar ik heb nog niet opgehangen of ik word overvallen door een sluipende angst en paniek, en gevoelens van ongeloof. Gebeurt dit echt?'
23 februari
'We hebben vanavond een bijeenkomst met de band van de kerk. We ontmoeten elkaar bij mij thuis. We drinken thee, maakten grappen, lachten veel... Niemand gelooft dat Rusland ons land zal binnenvallen. We maken plannen over de dienst van aankomende zondag. Het is al laat als iedereen naar huis gaat. Ik ruim de tafel af en ga naar bed met het warme gevoel dat je hebt nadat je iets leuks hebt gedaan.'