Kerk zijn in oorlogstijd
Al meer dan een jaar is Oekraïne in oorlog met Rusland. Wat doet deze oorlog met het geloof in Oekraïne? Wat betekent het om kerk te zijn in tijden van oorlog? En op welke manieren kun je als kerk in Nederland iets betekenen voor een kerk in Oekraïne? Baptistengemeente Beth-El in Hoogeveen was al voor de oorlog verbonden met de Assembly of God-kerk in Loetsk, een stad in het noordwesten van Oekraïne. Dorcas spreekt over het kerk-zijn in tijden van oorlog met de Nederlandse Arjan Kats (43), lid van gemeente in Hoogeveen, en de Oekraïense Katya Semenyuk (36), lid van de kerk in Loetsk.
Het contact
De kerken hadden al contact voordat de oorlog uitbrak. Arjan: ‘In 2018 zijn we met een groep Nederlandse jeugd naar Loetsk gegaan om daar leeftijdsgenoten te ontmoeten. En ook ervoor en erna hadden we contact, al stond het af en toe op een laag pitje.’
Maar niet toen op donderdag 24 februari 2022 de oorlog uitbrak. ‘De spanningen waren zich al weken aan het opbouwen en ondertussen hadden we als gemeenten contact met elkaar. We stonden als het ware paraat’, vertelt Arjan. Toen de oorlog uitbrak, vroeg de kerk in Nederland meteen aan haar Oekraïense zustergemeente wat ze voor haar kon betekenen. In Oekraïne werd tijdens die dagen enorm gehamsterd, en supermarkten waren leeg. Dus of de Nederlandse gemeente misschien eten kon brengen?
In actie
De Beth-El-gemeente kwam onmiddelijk in actie. Leden laadden nog diezelfde vrijdag een bus in met goederen die ze konden overnemen van de Voedselbank. Al een dag later kon de bus in Loetsk uitgeladen worden door onder andere Katya, vrouw van de voorganger van de kerk en vóór de oorlog docent Engels. ‘De Beth-El-gemeente was sneller met het leveren dan welke andere organisatie ook’, vertelt ze via Teams.


De kerk in Loetsk werd ingericht als distributiecentrum waar mensen zeven dagen per week onder andere kleding en eten kunnen halen én als opvangplek waar mensen terechtkonden. Katya: ‘Ik weet niet hoeveel we hebben weggegeven, maar het was veel. Duizenden mensen kwamen langs voor spullen. We hoefden tegen niemand ‘nee’ te zeggen.’
Per inwoner wonen er in Loetsk nu gemiddeld 2,2 vluchtelingen. Voor een stad die eerst een kleine 220.000 inwoners telde, zijn dat er enorm veel. Veel vluchtelingen konden maar weinig bezittingen meenemen. Katya: ‘Op een dag kwamen een moeder en dochter binnen die tijdens bombardementen hun huis uit waren gevlucht. De dochter liep al dagen op slippers, want er was geen tijd om iets anders te pakken. En dat terwijl het buiten vroor! Daarom sluiten we de deuren van de kerk niet – je weet gewoon niet wie er iets nodig heeft.’




Op pad met spullen
Het uitdelen van spullen gebeurde niet alleen in de kerk. Katya trok ook met kerkgenoten, onder wie een vrouwelijke psycholoog, naar steden in de linie. In kogelwerende vesten en met helmen op gingen ze langs de deuren om voedsel uit te delen en mensen over te halen om te vertrekken. ‘Veel vrouwen zijn door mannen mishandeld of misbruikt. Zij doen de deur niet meer open voor mannen, bang voor wat er zou kunnen komen. Daarom is het belangrijk dat er ook vrouwen meegaan naar deze zwaarbeschadigde steden, om contact te leggen met de achtergebleven vrouwen’, vertelt Katya.
De kerk voor de oorlog
Voor de oorlog ging het heel goed in het land. Het land was modern en vrijwel alles gebeurde digitaal. Oekraïners werkten bijna niet meer met fysieke documenten. Kinderen van wie de verzorgers de school niet konden betalen, kregen gratis onderwijs.’
De kerk was actief in de stad, organiseerde kinderkampen, en had contact met weeshuizen, verslavingsopvangcentra en de gevangenis. ‘We organiseerden veel voor de jeugd in de stad. Zo hielden we talentenshows om jongeren bezig te houden én om ze over Jezus te vertellen’, vertelt Katya. ‘Nu zijn we alleen maar bezig met de eerste levensbehoeften, met voedsel en onderdak. We motiveren tieners om mensen in nood te helpen. Om zo iets te doen voor hun vaderland.’
De kerk als schuilplaats en plek van hoop
De kerk is goed voorbereid op mogelijke aanvallen. ‘Als de stad wordt aangevallen, wordt de kerk een plek waar we allemaal terechtkunnen. Het gebouw heeft alles wat we nodig hebben. We hebben verschillende plannen klaarliggen voor wanneer dat gebeurd. Een van de plannen is dat de vrouwen en kinderen naar de bergen vluchten en onderdak zoeken in de bergdorpjes. Oekraïne is één grote familie geworden en iedereen opent zijn of haar deur voor vluchtelingen’, vertelt Katya.
Naast de functie van distributiecentrum en schuilplaats is de kerk ook nog echt een kerk waar diensten worden gehouden. 4 dagen per week kunnen mensen naar een kerkdienst. Katya: ‘De kerk zit stampvol. Op de dagen dat we kerkdiensten hebben, houden we er 2, anders past het niet in het gebouw. Mensen weten dat we zonder God niet van Rusland kunnen winnen. Veel mensen laten zich dopen – mensen die voor de oorlog niets met het geloof hadden. Een god is het enige wat nu nog hoop kan geven.’
Dankbaar
Ze is ontzettend dankbaar voor de hulp van Arjan en zijn gemeente en van andere mensen en organisaties. ‘Zonder jullie hadden we al deze mensen die we nu konden helpen niet kunnen helpen.’
Arjan en zijn gemeente zamelen momenteel geen spullen meer in, maar donaties zijn welkom. Kijk voor meer informatie over de samenwerking tussen de kerken op www.oekraine-noodhulp.nl.
17 maart 2023
Vond je dit interessant om te lezen?
Meld je dan aan voor onze maandelijkse nieuwsbrief en het magazine Hartslag.